woensdag 31 juli 2019

“Oh, dat is mijn liedje!”


Na lange tijd weer een prachtige blog van Rosanne Alderliefste! 

En door het fantastische werk van de muzikanten, het team eromheen, en in het bijzonder de initiatiefneemster Lorette Gijsbers, wie iedereen bij elkaar heeft gebracht, is MuzIC nu een stichting!!




Blog MuzIC Rosanne Alderliefste #4
d.d. 12 juli 2019

Vandaag is het onstuimig weer in Utrecht. Optimistisch – of misschien vergeten op de buienrader te kijken – heb ik geen paraplu meegenomen. Op Utrecht Centraal wachten alle reizigers braaf tot de ergste hoosbui voorbij is. Ik kijk op mijn horloge, kijk nog eens goed om me heen of ik nog ergens snel een paraplu kan scoren en rits dan mijn jas goed dicht. Het is nog wel even met de tram naar Nieuwegein en ik wil ruim op tijd zijn. Ik denk aan de gitaarwinkel die mij speciaal deze gitaarhoes verkocht opdat ik de Amsterdamse regen zou kunnen trotseren. Dat moet dan ook wel in Utrecht lukken, denk ik bij mezelf, en ik zet het op een moedig sprintje.
            Doorweekt van minder dan vijf minuten trappen naar beneden stap ik de tram in. Mascara uitgelopen en wet hair look, maar mijn gitaar heeft nergens last van. Als ik mijn mobiel open om naar wat muziek te luisteren moet ik lachen om mijn bericht op Instagram. Een foto van mijn wapperende haren in een licht zonnetje over hoe je je nooit moet laten intimideren door de stad Amsterdam. Het liefst voeg ik er een selfie aan toe met de tekst: “als men de regen trotseren kan, dan behoort met thuis in Amsterdam”. Maar ik ben in Utrecht en ik wil wel eerlijk blijven. Ik veeg de mascara van mijn wangen en volg de stad door de beslagen ruiten.
            Eenmaal in het ziekenhuis ril ik van de kou, maar ik word lief ontvangen door een IC verpleegkundige die me de keuken wijst. Nippend van mijn warme kopje thee stem ik mijn gitaar, terwijl een andere IC verpleegkundige de kamer binnenkomt. “Het is een onrustige dag, net zoals het buiten.”, vertelt ze me. Misschien voelen de patiënten dat wel, of verlangen ze juist om net zoals ik weer even de regen te kunnen voelen. “Hopelijk kan jij met jouw muziek wat rust brengen. Niet alleen voor de patiënten en familie, maar voor de hele IC.” vervolgt ze. Voordat we starten laat ze nog wat muzieksuggesties zien van een andere IC verpleegkundige die mij de vorige keer had zien spelen. Zij zingt ook graag en ik had haar gezegd dat ze altijd verzoeknummers kon indienen. Sommige zijn bekende, andere moet ik even opzoeken. De IC-verpleegkundige in kwestie werkt vandaag niet, dus ik kan me nog even voorbereiden voor de volgende keer. Nu maar eens eerst met mijn repertoire de IC op.
            Het is weer een middag met veel verschillende patiënten. Zo is er een oude man die niet meer goed bij is en bij mijn eerste liedje heerlijk in slaap valt. Er is familie die geëmotioneerd raakt, maar ook familie die meezingt. “Nog even iets luchtigers misschien, Valerie van Amy Winehouse bijvoorbeeld?” vraag ik. “Oh, dat is mijn liedje!” verzucht een familielid en ik nodig haar uit om mee te zingen. Zij nog met een brok in haar keel zingen we eerst samen en het laatste refrein zingt ze prachtig solo, terwijl ik mag begeleiden. Een bijzonder moment, vertellen de IC-verpleegkundigen mij later, die ik om het hoekje mee zag luisteren. Soms voelt het wat minder luchtig, zoals de patiënt die net weer zelfstandig kan ademen en weer voor het eerst zijn lippen kan bewegen. Of een patiënt die alleen maar stil kan liggen, en duidelijk de vader is van de oh zo stoere puber die naast zijn bed staat. De patiënten die nauwelijks kunnen bewegen of praten, maar je alsnog een applaus willen geven door ritmisch met hun vinder te tikken op de rand van hun bed. 
Met mijn haren eindelijk droog van de Utrechtse regen en mijn telefoon vol berichten van mijn andere werk stap ik weer de tram in. Terug in de realiteit, want de IC voelt een beetje alsof je je in de andere wereld begeeft. Wat zijn die verpleegkundigen toch lief. Die patiënten zo kwetsbaar, de familie vaak dankbaar. Vandaag was een lange sessie in het Antonius ziekenhuis in Nieuwegein. Waren het veel kamers zonder pauze? Speelde ik soms te lang of te veel? Vond ik het gewoon moeilijk om verder te gaan, wanneer je merkt dat je eigenlijk blijven spelen mag? Het maakt niet uit, iedereen neemt de tijd om naar mij te luisteren en ik speel ook rustig voor hen. Je past je automatisch aan op het ritme van de IC, de patiënten en soms ook het piepen van de apparatuur. Ook als de patiënt na een liedje genoeg heeft en juist als de patiënt in slaap valt. Zolang voor een paar nummers lang de storm maar even gaat liggen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten